Konijnen zijn fascinerende dieren, vol met verrassende eigenschappen en gewoontes.
In dit artikel ontdek je 15 boeiende en verrassende weetjes over konijnen die je misschien nog niet kende.
1. De tanden van konijnen groeien 2 mm per week!
Konijnen hebben tanden die hun hele leven blijven groeien, net als onze nagels. Daarom is het belangrijk dat ze voldoende takken, hooi en goed voer krijgen om hun tanden op natuurlijke wijze te kunnen slijten.
Gebeurt dat niet? Dan kunnen de tanden scheef gaan staan of té lang worden, waardoor het konijn moeite krijgt met eten. Laat daarom regelmatig de tanden van je konijn controleren door een dierenarts.
2. Sommige konijnen slapen in hun poepbak!
Je hoort het goed: IN HUN POEPBAK! Konijnen zijn super schone dieren die zichzelf en elkaar vaak wassen. Maar ze hebben ook gekke gewoontes zoals in hun poepbak slapen. Niet ieder konijn slaapt in zijn of haar poepbak, maar het komt voor.
Het konijn kiest er zelf voor om daarin te gaan liggen dus vindt het vast fijn!
3. Konijnen kunnen niet overgeven!
Het klinkt misschien raar, maar het is echt zo. Konijnen hebben eigenlijk hetzelfde als paarden – die kunnen ook niet overgeven. Ze worden daarom ook ‘ziek’ via hun achterkant.
Je kan aan een konijn zien via de poep hoe die zich voelt. Als die last heeft van zijn buik, poept die niet meer of heeft het konijn diarree. Houdt daarom de poep van je konijn goed in de gaten.
4. Konijnen kunnen achter zich kijken!
Konijnen hebben bijna een zicht van 360 graden. Konijnen zijn echt prooidieren en daarom bang om van achter gepakt te worden.
Echter heeft het konijn aan de voorkant een blinde vlek waar die niks ziet. Een konijn kan dus heel goed opzij en achter kijken alleen niet naar voren. Dat is ook fijn om te weten voor het baasje! Bijna elk dier kijkt namelijk naar voren. Maar een konijn ziet je dus niet van voren en kan daarom schrikachtig reageren als die je niet ziet van voren.
Benader een konijn dus vanaf de zijkant zodat die weet dat je er bent!
5. Konijnen kunnen net zo groot worden als peuters!
Natuurlijk kan niet elk konijn zo groot worden als een peuter, maar de Vlaamse en Duitse Reus wel! Ook wegen ze tussen de 5 en 10 kilo. Heerlijk zo’n lobbes thuis!
Maar wel iets om rekening mee te houden met de éxtra ruimte die een groot konijn nodig heeft. Ook het hanteren van zulke grote konijnen kan een fysieke uitdaging zijn. Als je naar de dierenarts moet zorg dan ook voor een reismand die groot genoeg is voor je konijnen.
6. Konijnen kunnen super vroeg ouders worden!
Een vrouwelijk konijn is tussen de 3 en 9 maanden geslachtsrijp! En de dracht duurt 28 tot 31 dagen. Daardoor kunnen konijnen super vroeg ouders worden. Echt iets om rekening mee te houden als je twee konijnen aanschaft!
Er zijn nog zoveel gevallen van ‘oeps’ nestjes. Of dat de konijnen bij winkels verkocht worden als 2 vrouwtjes, maar het blijken een mannetje en vrouwtje te zijn.
Het is echt verstandig om je dieren snel door de dierenarts te laten controleren of het echt klopt wat je hebt gekocht. Sommige dierenwinkels of fokkers maken fouten en dan zit jij met het nestje.
7. Konijnen eten hun eigen keutels op
Jaaa, de schoonste dieren blijken ook rare gewoontes te hebben. Maar eigenlijk is het niet heel gek. Konijnen eten namelijk hun blindedarm keutels op. Het klinkt heel vies, maar het is juist heel nuttig! Er zitten superveel voedingsstoffen in de blindedarm keutels. Het is dus echt een aanvulling van voedingsstoffen door het konijn zelf! Blindedarm keutels worden soms verward door diaree, omdat ze wat zachter zijn en aan elkaar zitten.
Echter is diaree echt veel wateriger en niet echt meer keutels te noemen.
8. Wilde konijnen leven in tunnels
Konijnen zijn meesters in graven! Wilde konijnen hebben natuurlijk niet het voordeel om altijd droog te zitten.
Daar hebben ze een oplossing voor gevonden. Ze graven hele tunnelstelsels onder de grond. Het lijkt een beetje op een mierenstelsel. Konijnen doen dit in eerste instantie om droog en veilig te zitten. Daarnaast is ook heel goed tegen de warmte of kou!
9. Wortels zijn niet zo gezond voor je konijn!
Denk je aan konijnen, denk je aan wortels. Op bijna elk plaatje wordt een konijn gelinkt aan de wortel. Natuurlijk zijn konijnen er dol op, maar het is niet gezond om er veel van te geven.
In een wortel zit namelijk veel suiker en weinig voedingsstoffen. Voor een konijn is het echt een traktatie. 1 a 2 centimeter wortel per week is daarom genoeg voor een konijn.
10. Een konijn is geen knaagdier!
Een konijn behoort tot de haasachtige en is dus officieel geen knaagdier! Het verschil tussen een knaagdier en een haasachtige is de tanden. Konijnen hebben namelijk naast hun snijtanden extra tanden. Daarom behoort het konijn niet tot de groep knaagdieren.
11. Er bestaan zo’n 50 konijnenrassen!
Het klinkt misschien ongelooflijk, maar er bestaan zo’n 50 verschillende konijnenrassen. Deze rassen worden onderverdeeld in vijf groepen:
- Grote rassen – tot wel 9 kilo of meer (zoals de Vlaamse Reus en de Lotharinger)
- Middelgrote rassen – tot ongeveer 5 kilo (zoals de Wener en de Engelse Hangoor)
- Kleine rassen – tot maximaal 3 kilo (zoals de Hollander en de Tan)
- Dwergrassen – rond de 1 kilo (zoals de Kleurdwerg en de Pool)
- Rassen met een bijzondere vacht – bijvoorbeeld de Rex en de Angora
Er is dus volop keuze; elk ras heeft zijn eigen kenmerken en verzorging. Het is daarom slim om van tevoren goed te onderzoeken welk konijnenras het beste bij jou én bij de ruimte die je hebt past.
12. Konijnen slapen met hun ogen open!
Konijnen kunnen met hun ogen open slapen. Ze zijn namelijk van nature gewend om alles in de gaten te blijven houden. Het kan zo zijn dat je denkt dat je konijn rond aan het kijken is, maar in werkelijkheid lekker aan het dromen is.
13. Konijnen kunnen niet zweten!
Konijnen kunnen niet hun warmte kwijt door te zweten. Dat moeten ze doen via de oren. Als je merkt dat je konijn het warm heeft in de zomer kan je de oren nat maken om ze wat meer verkoeling te geven. In de oren zitten namelijk belangrijke bloedvaten om warmte kwijt te raken.
14. De Feniciërs ontdekte konijnen!
Het konijn ontwikkelde zich een paar duizend jaar geleden op het Iberische Schiereiland. Ze zijn ontdekt door de Feniciërs die daar voet aan wal zette. Dat was rond de 11e eeuw voor Christus.
15. Spanje heeft zijn naam aan het konijn te danken!
Doordat de Feniciërs vonden dat de konijnen een beetje op klipdassen leken noemde ze het land ‘i-saphan-im’. Dat betekent ‘het land der klipdassen’. De Romeinen maakte hier later ‘Hispania’ van, wat later Spanje genoemd.
